Het wollen dasje gedragen door de Volendammer vrouwen, zijn gebreid, gevlochten of gehaakt.; Uit de rouw zijn ze van ultramarijn blauwe wol, met wat wit, soms iets rood en met een lichtere blauwe...
Het wollen dasje gedragen door de Volendammer vrouwen, zijn gebreid, gevlochten of gehaakt.; Uit de rouw zijn ze van ultramarijn blauwe wol, met wat wit, soms iets rood en met een lichtere blauwe kleur. In de rouw zijn ze paars met zwart, of zwart met wit. De korte zijden van het dasje zijn meestal afgewerkt met kwastjes in de kleuren van het dasje, en de lange zijden worden meestal omgehaakt met picotjes. De dasjes worden in de lengte in drieën gevouwen en elk van die drie delen heeft een ander patroon. Wanneer een derde lelijk is geworden of "uit de mode" is geraakt, dan wordt dat deel eraf geknipt en een nieuw derde deel eraan gehaakt. Gevlochten van ultramarijn blauwe en witte wol met een weinig rood en lichtblauw, heeft in de lengte drie verschillende patronen en is in de lengte in drieën gevouwen en vastgenaaid, lange zijden omgehaakt met picotjes, korte zijden afgewerkt met kwastjes, voor daags.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie