Kraplap gedragen in de rouw, gedragen door Jante Baarse, geb. 1903, bekend als de laatste doodaanzegster op Urk. De kraplap op Urk is het meest variabele kledingstuk, en aan mode onderhevig. Het...
Kraplap gedragen in de rouw, gedragen door Jante Baarse, geb. 1903, bekend als de laatste doodaanzegster op Urk. De kraplap op Urk is het meest variabele kledingstuk, en aan mode onderhevig. Het model is tot in het begin van de 20ste eeuw kort, tot even onder de borst. Daarna wordt het geleidelijk langer en valt nu tot in de taille. Ook de keuze van de stof is zeer variabel. Tot vlak na de 2de wereldoorlog waren de daagse kraplappen van katoen; geruit, gestreept, gebloemd of effen, zondags van (kunst)zijde in de zomer, van fluweel in de winter. Daarna viel de keuze op kleurig satijn met borduursel, brocaat, kant en combinaties daarvan. In de rouw zwarte en donkere stoffen al naar gelang de zwaarte van de rouw. Zwarte kraplap van glanzende stof met ingeweven bloemen. Hals omgehaakt met zwarte katoen. Gevoerde met katoen, zwart grijs gestreept. Sluit op schouder met vier haken en ogen, onder met twee bandjes en lussen.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie