Amaat voor een meisje

Gemaakt van witte katoen en versierd met een opgestikte rode katoenen rand, langs de onderzijde, de mouwen en langs de kap. Vanaf de hals loopt een blauw stiksel naar beneden. Het vertoont een dwarse versiering in rood en twee keer blauw. De amaat is wijd genoeg om de pop van een meisje op de rug te dragen, net zoals de volwassenen babies en peuters in hun amaat dragen. Deze amaat heeft een stoffen band die, als er een kindje of in dit geval een pop in zit, om het lichaam wordt gewonden en vastgeknoopt om te voorkomen dat het kind naar beneden zakt. Veel kleine meisjes krijgen van hun moeders zo een amaat. Tot in de zeventiger jaren werden ze nog veel gedragen. Meer en meer echter worden katoenen amaatit (meerv.) gedragen als onderdeel van het Oost-Groenlandse nationale kostuum, en aangetrokken bij confirmatie of op de nationale feestdag (21 juni). Ze worden dan ook steeds meer versierd. Dergelijke witte katoenen feest-amaatit zijn typisch Oost-Groenlands en onstrepen tegenwoordig tevens de Oost-Groenlandse identiteit.