Bauw voor jongen

 

De bauw, die vermoedelijk zijn oorsprong heeft gevonden in een wasbare bescherming tegen morsen bij het eten, heeft in de dracht een blijvende plaats gekregen en is door de keuze van het materiaal...

Doorzoek de website met tags
Maker
onbekend
Objectnummer
002562
Instelling
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Periode
1850 - 1950
Credits
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Herkomst
aankoop 1950-10-13

De bauw, die vermoedelijk zijn oorsprong heeft gevonden in een wasbare bescherming tegen morsen bij het eten, heeft in de dracht een blijvende plaats gekregen en is door de keuze van het materiaal (veelal antieke stoffen), tot een kostbaar voorwerp van pronk geworden. Ook wel baaf genoemd. De jongenbouw is rechthoekig van vorm en bestaat uit drie delen: een middendeel van kant of bewerkt wit linnen met stop- snee- of witwerk: dit is de z.g. legger. Deze legger heeft aan weerszijden een reep geruite katoen, de z.g. skroossies. Bij zware rouw is de bauw uit een zeer donkere stof gesneden, en blijft de legger achterwege. Bij lichtere rouw is de ruitstof paars getint en heeft de baaf een smalle legger. De skroossies zijn van roodgeruit katoen en lopen iets langer door dan de legger, De legger is bewerkt met stop- en sneewerk, de initialen JJ in zwarte zijde. De bauw, die vermoedelijk zijn oorsprong heeft gevonden in een wasbare bescherming tegen morsen bij het eten, heeft in de dracht een blijvende plaats gekregen en is door de keuze van het materiaal (veelal antieke stoffen), tot een kostbaar voorwerp van pronk geworden. Ook wel baaf genoemd. De jongenbouw is rechthoekig van vorm en bestaat uit drie delen: een middendeel van kant of bewerkt wit linnen met stop- snee- of witwerk: dit is de z.g. legger. Deze legger heeft aan weerszijden een reep geruite katoen, de z.g. skroossies. Bij zware rouw is de bauw uit een zeer donkere stof gesneden, en blijft de legger achterwege. Bij lichtere rouw is de ruitstof paars getint en heeft de baaf een smalle legger.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie