Doek voor gebedssteen

 

Gebedssteendoekje. Geborduurd doek met geometrische figuren, waarvan een groot gedeelte is opgebouwd uit driehoekjes. In het midden bevindt zich een vlak dat in vieren is verdeeld. In elk gedeelte...

Objectnummer
RV-5183-24
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
1950-1982
Herkomst
Centraal-Afghanistan

Gebedssteendoekje. Geborduurd doek met geometrische figuren, waarvan een groot gedeelte is opgebouwd uit driehoekjes. In het midden bevindt zich een vlak dat in vieren is verdeeld. In elk gedeelte staat een motiefje samengesteld uit vier vorkachtige figuren, die in drie van de vier gevallen in elkaar gepast zijn. Om deze vier vlakjes is een strook met naar binnen gerichte langwerpige figuren opgebouwd uit driehoekjes (vijf boven op elkaar geborduurde en gespiegelde driehoekjes). Deze motiefjes zijn ook in een wat grotere uitvoering (en met 6 i.p.v. 5 boven elkaar geborduurde en gespiegelde driehoekjes) in een strook meer naar de buitenkanten te vinden. Tussen de twee stroken met soortgelijke motiefjes is een smalle strook met hoekige o-vormen. In de strook aan de uiterste buitenkanten van de doek bevinden zich wederom de figuren die opgebouwd zijn uit driehoekjes; in de buitenste strook zijn ze echter 90° gekanteld (ze wijzen naar opzij in plaats van naar binnen) en vormen één door- lopend geheel.
De bidsteendoekjes dienen om de door sjiieten gebruikte bidsteen (mohr of turba) in te bewaren. De bidstenen bestaat uit gebakken klei uit Kerbela. De bidstenen bewaart men gewikkeld in de bidsteendoekjes in huis of op het lichaam. Bij het bidden legt men de bidsteendoek op het gebedskleed. Gebedsdoek en -steen liggen zodanig op het gebedskleed dat men tijdens het gebed, bij het voorover buigen, de steen met het voorhoofd aanraakt. De doeken mogen door ieder rein persoon gebruikt worden. De doeken behoren tot de gewijde voorwerpen; als ze versleten zijn begraaft men ze, zodat ze niet met de voeten aangeraakt kunnen worden. De doeken mogen noch verkocht worden noch enig ander doel dienen. Toch gebruiken enkelen de doeken als wanddecoratie of kussensloop (Janata & Jawad 1983: 172-173).
Vervaardiging
De doek is van katoen en het garen waarmee geborduurd is, is vermoedelijk glanskatoen. De katoenen doek is machinaal vervaardigd, hetzelfde geldt vermoedelijk voor het garen. De doeken worden door vrouwen en meisjes geborduurd. Volgens de literatuur vereist het borduren van de motieven buitengewone handvaardigheid (Janata & Jawad 1983: 173). Het is moeilijk vast te stellen uit wat voor steken het borduurwerk bestaat. De vermoedelijk gebruikte steken zijn platsteken (o.a. voor vlakvullingen), stiksteken (zowel voor vlakvullingen als voor de zoom) en rijgsteken (holbeinmotieven).

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie