Geborduurde jurk in de stijl van Gaza. De jurk is gemaakt van katoen, dat met indigo blauw is geverfd. Zowel op de voor- als achterzijde zijn verticale stroken paarse zijde genaaid. Het borduursel...
Geborduurde jurk in de stijl van Gaza. De jurk is gemaakt van katoen, dat met indigo blauw is geverfd. Zowel op de voor- als achterzijde zijn verticale stroken paarse zijde genaaid. Het borduursel rond de nekopening heeft meerdere motieven: cipressen, de maan-van-Bethlehem en in het midden amuletvormen. Op de voorzijde van de jurk zijn verder kruisvormen geborduurd. Op de achterzijde zijn stroken blauwe katoen met geborduurde amuletvormen genaaid. De onderzijde is voorzien van diverse geborduurde motieven. De jurk werd zonder riem gedragen. Dergelijke jurken werden zonder veel sieraden gedragen omdat het borduurwerk deels de functie van sieraden overnam, zoals de geborduurde halsketting op het nekpaneel van deze jurk (Kawar 2011: 367). Rond de nek is een paneel van roze fluweel genaaid; mogelijk een toevoeging om de jurk aan westerse reizigsters te kunnen verkopen. Eind jaren 1960 / begin jaren 1970 kwam de 'hippielook' op. Westerse vrouwen die naar Jeruzalem reisden kochten daar in de souk Palestijnse jurken om zelf te dragen. Sommige van deze jurken, zoals ook deze, kwamen later in het museum terecht. Alle borduurwerk op de jurk is in kruissteek uitgevoerd. Het borduurwerk werd in blokken gedaan, niet in rijen. Er is gebruikt gemaakt van een verbindingssteek (aqida) die typerend is voor deze regio (Kawar 2011: 352). De stof voor de jurk -katoen met paarse zijden stroken, abu mitayn genaamd- werd voor de stichting van de staat Israël in 1948 in de stad Majdal gewoven. Nadat Majdal in 1948 op Israëlisch grondgebied kwam te liggen en de meeste inwoners richting Gaza-strook werden verdreven, kwam in die regio een nieuwe weefindustrie op gang. In grote lijnen zijn de stijlen van het Palestijnse borduurwerk in te delen in geografische regio’s (zoals bij deze jurk de regio Gaza-Majdal en de dorpen daaromheen). Voor de meeste vrouwen spraken de jurken een duidelijke taal omdat zij zich hier veel mee bezig hielden maar voor mannen waren de boodschappen in de kleding juist meer omfloerst. De sociale identiteit van de vrouw, of ze bedoeïne was, of juist uit een dorp of een stad kwam, in welke tijd ze leefde, haar financiële situatie, welk soort activiteiten ze ondernam; deze zaken zijn allemaal terug te herleiden vanuit de grammatica van deze geborduurde kledingstukken (Weir 2006: 10). Ook na de opkomst van machinaal geproduceerd borduurwerk in de 20e eeuw ging het dragen van geborduurde kleding in moderne vormen door. Door de stichting van de staat Israël in 1948 en de daarop volgende verspreiding van de Palestijnse bevolking over de diverse buurlanden kreeg het dragen en produceren van het borduurwerk een nieuwe -politieke- betekenis. In zowel de Palestijnse gebieden en Israël als de landen van de diaspora, zoals Libanon en Jordanië, zijn de geborduurde jurken symbool geworden van de Palestijnse identiteit (Weir 2006: 22, Rajab 1989: 105).
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie