Groot fragment van een zijden wikkeldoek

 

Baluchar sari's werden in de 18de en 19de eeuw vervaardigd in Baluchar. Kenmerkend was hun grondtoon in paars, violet, purper en soms donkerblauw of kastanjebruin, met supplementaire accenten in...

Objectnummer
TM-3751-882
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
Begin 20ste eeuw
Herkomst
Bengalen

Baluchar sari's werden in de 18de en 19de eeuw vervaardigd in Baluchar. Kenmerkend was hun grondtoon in paars, violet, purper en soms donkerblauw of kastanjebruin, met supplementaire accenten in goud/geel en soms een beetje groen, wit en rood. Aangezien het procédé tijdrovend is (tot maximaal zes maanden) en het basismateriaal duur (zijde) waren de sari's bestemd voor een bovenklasse, hindoe en moslim. Tegenwoordig worden deze sari's in tal van kleuren gemaakt en komen zij ook uit Ahmedabad (Gujarat) en Varanasi (Uttar Pradesh). Het centrale veld toont rijen, vaak in diagonalen, met kleine bloemen. De anchal(a) of pallav/pallu (het decoratieve uiteinde van een sari) is het meest karakteristiek voor dit type sari's, met een of meer grote buta's en daaromheen panelen met ingeweven figuren, variërend van Indiërs tot koloniale Europeanen, mannen of vrouwen, edelen en chique dames, soldaten of rijtuigen. Buta (verkleinwoord buti) betekent letterlijk bloem. Het woord wordt gebruikt om de sterk gestileerde konische florale vormen (omgekrulde 'dennenappel', krokus of mango) mee aan te duiden die ook bekend staan als Paisley motief en die vooral bekend zijn van Kashmir weefsels. De naam voor buta in het Bengali is kalka. Butedar of butidar betekent 'met bloemen, bloemenpatroon'. Baluchar is de naam van een plaats in het Murshidabad (grotere plaats) district, West Bengalen.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie