Deze hoofddoek, anjisa, is gemaakt ter gelegenheid van de afschaffing van de slavernij. De rand van de doek is versierd met ketenen. Aan een kant zijn de ketenen verbroken en daar tussenin staat...
Deze hoofddoek, anjisa, is gemaakt ter gelegenheid van de afschaffing van de slavernij. De rand van de doek is versierd met ketenen. Aan een kant zijn de ketenen verbroken en daar tussenin staat de tekst: Suriname 1 July 1863. Dit is de datum van de afschaffing van de slavernij. Aan de andere zijde van de doek staat de tekst "ketien-broko". Dit betekent "de kettingen zijn gebroken". Het feest op 1 juli heet in de Surinaamse taal keti koti. Dit is een variatie op "ketien broko". 'Keti(en)' staat voor 'kettingen', 'broko' betekent 'gebroken' en 'koti' 'gebroken' of 'gesneden'. Nog steeds wordt deze dag in Suriname uitbundig gevierd; het is de oudste nationale feestdag. Vanaf 1863 heet hij 'Emancipatiedag'; na 1960 'Dag der Vrijheden'; na 1975 (Onafhankelijkheid) 'Dag van de nationale eenheid'. Creoolse vrouwen kleden zich op deze dag in hun beste kotomisikostuum en dragen daarbij de anjisa. De anjisa wordt ook wel met een westerse jurk gedragen. Deze doek wordt van zoveel stijfsel voorzien dat hij als een hoed kan worden op- en afgezet. De stijfsel is gemaakt van gomma (uit de cassavewortel) en kaarsvet. De bindwijzen hebben namen, evenals de patronen van de stof. Ze hebben een symbolische betekenis en memoreren politieke en sociale gebeurtenissen. Daarnaast zeggen ze iets over de gemoedstoestand van de draagster.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie