Japon en losse rok van roze/blauwe changeantzijde, japon is vermaakt uit overjapon die oorspronkelijk bij de rok gedragen werd

Japon, diepe vierkante hals, hoge taille en lange mouw. Er is een losse rok van dezelfde stof bewaard gebleven. Daaruit is op te maken, dat de japon is gemaakt uit een ouder model met een openvallende overjapon over een bijpassende rok. Japon: lijfje van brede voorpanden met vierkante halslijn, middenvoor in te halen met koordje in de hals. Achter lage vierkante halslijn; ruitvormig rugpand; gladde zijpanden. Over de schouders een smal schouderpandje. Lange rond geknipte mouwen tot over de pols vallend; op de schouder ingezet met twee plooitjes, verder glad en op de rug ver naar achteren. Naaisporen rond het armsgat laten zien dat de mouwen opnieuw zijn ingezet om op de rug meer ruimte te krijgen. Mouwen en lijfje gevoerd met wit linnen; op de rug mee genaaid, vanaf de zijnaden los en apart te sluiten met een rijgveter door nestelgaatjes. Het lijfje loopt door tot de taille. Oude en binnenin deels vergane sous-brasses ingenaaid. Binnenin een wit bandje met zwarte letters: ’Muller’. De wijde rechte rok met zijsplitten is hoger op het lijfje aangezet: voor gerimpeld, bij de zijnaden in drie diepe platte plooien op elkaar, op de rug glad tot middenachter waar de wijdte is samengenomen in twee maal vier diepe platte plooien op elkaar naar middenachter. Er zijn naaisporen op het lijfje, die erop duiden dat de rok oorspronkelijk iets lager was aangezet. De taillenaden van de voorpanden zijn niet origineel; de japon is daar wijder gemaakt; er is een wit bandje opgenaaid, dat sluit met haak en oog. Onder dat bandje is een ander wit bandje te zien met een empire oogje. Mogelijk was de japon oorspronkelijk ingerimpeld in de taille en sloot daar met haak en oog, maar het is ook mogelijk dat het witte bandje diende voor een inhaal koordje in de taille. De zoom is naar binnen gevouwen en vast genaaid, waardoor een boven de zoom opgenaaide stijve koordfranje, van veel later datum, nu recht omhoog staat. Verkleedsporen: de uitgelegde taillenaad en de wijder ingezette mouwen zijn met hetzelfde garen genaaid en vermoedelijk niet in de tijd van de japon, maar voor het verkleden. De sous-brasses en het koord boven de zoom (dat nu niet zichtbaar aan de binnenkant van de rok zit) duiden op verkleden in de eerste helft van de 20e eeuw. De rok is geheel gevoerd met geglansd linnen, zijsplitten sluitend met haak en oog, waarvan één haak niet origineel is. Zijde en voering zijn in de tailleband linnen samen genaaid. De rok is middenvoor 8 cm glad en verder in platte plooitjes gelegd; achter in platte plooitjes tot 5,5 cm van midden achter, daar zijn twee diepe stolpplooien naast elkaar, samen 11 cm glad. De tailleband is van paars linnen dat om de plooien is gevouwen en vastgezet. Aan de voorkant van de rok vanaf 5 cm van de zijsluitingen is de tailleband hoger, 4.5 cm, en van de zijden stof. Dat duidt op een oorspronkelijke overjapon met een rechte taillelijn en een ver naar opzij aangezette rok.

Inventariskaart Lakenhal: Tweedelig dameskostuum, bestaande uit japon en onderrok, van paarse (roze/blauwe) changeantzijde. a) Japon met laag uitgesneden rond decolleté, kan met koordje aangetrokken worden. Achter vierkante halsuitsnijding en ruitvormig rugpand. Zeer lange strakke rondgesneden mouwen, die over de handen iets uitlopen. De mouwen zijn aan het rugpand ver naar achter ingezet. Rokgedeelte aan de zijkanten geplooid aan lijfje. Gedeeltelijk open bij de heupen. Middenachter diepe plooi ingezet. Sluiting middenvoor bij de hals door middel van koordje, bij de taille door middel van haak en ogen. Voering lijfje en mouwen van wit linnen. Los voorlijfje met veterslutiing. Okselinzetstukken met grijs stempel met tekst, knoopjes en elastiek. Zoom met borstelrandje. b) Onderrok sterk geplooid aan tailleband gezet. Zijsplitten, sluiten met haak en oog. Gevoerd met donkerpaars glanzend linnen.