Mantel, gedragen als regencape, van rode gekeperde katoen, met wijde, kimono-achtige mouwen

Mantel, gedragen als regencape, van rode, gekeperde katoen. Basis vormt een mouwloze jas met rechte panden en een aangeknipte sjaalkraag die overloopt in kleine 'capuchon'.

Over schouders en rugdeel grote rechthoekige panden met een naad middenover de mouwen. Aan de achterzijde een naad midden achter, aan de voorzijde doorlopend over de voorpanden. De panden zijn deels dichtgenaaid aan de uiteinden om een armsgat te creëren, aan de onderzijde zijn ze open.

In de beide voorpanden een steekzak die aan de binnenzijde is afgezet met een goudkleurige knoop met een hart van rood leer. Onder de mouwpanden flinke schoudervullingen. De schouders zijn afgezet met een epaulet en een goudkleurige knoop met een hart van rood leer.