Geborduurd met zijde. Op de eerste regel een alf. met 20 letters en een gotisch alf met 19 letters, de cijfers en de getallen 10 t/m 13.. Op de tweede regel een alf met 20 letters en diverse...
Geborduurd met zijde. Op de eerste regel een alf. met 20 letters en een gotisch alf met 19 letters, de cijfers en de getallen 10 t/m 13.. Op de tweede regel een alf met 20 letters en diverse lettercombinaties eindigend op een N. Op de derde regel een alf., achter regel 2 en 3 een man met juk en een molen, een wijnkan met open deksel en een boom. Op de vierde regel At/m/O in sierletters, de overige letters rechts onder deze regel: PRS en daaronder TW. Links daarvan nogmaals een alf. in stersteek, rechts kleine bloemmotieven. Links opde doek vier randen onder elkaar; daaronder een kussen en twee zwanen aan weerszijde van een boom. Rechts van de randen GN in stersteek, een hert, gekroonde harten en vogels. In het midden van de doek een vaas met bloemen, aan weerszijde het jaartal 1736 en twee bomen. Daaronder een man en een vrouw met een vogel in de hand (wsch huwelijkssymbool). Rechts een kussenkast met kaststel, daarboven GN in kruissteek. R.o. een rand van vogels (komen ook op andere doek in de collectie voor), twee duiven aan weerszijde van een gekroond hart en een geometrisch motief. Rondom een open zoom, muizentandjes aan alle vier de zijden.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie