Merklap

Voorstelling van een altaar onder een boog, het koor van de kerk voorstellend. Op het altaar de tabernakel, daarboven het kruis met in een krans een waarschijnlijk God de Vader. Links naast het altaar Maria, met een stok (lelie?) in de hand en rechts een man, Josef, met een stok (met lelie?) in de rechter- en een wandelstok in de linkerhand. Links van het kruis G BAAN, rechts 1854. Mogelijk dat deze borduurlap gemaakt is door Geertje Baan. Om het geheel een slingerrand met bloemen Geborduurd met wol op een grof kanvaslinnen. Wol te dik voor de ondergrond. Voorstelling van een altaar onder een boog in blauw wit gedragen door twee pilaren, het koor van de kerk voorstellend met daarnaast aan elke kant een deur met een nis daarboven. Op de voorgrond een blauw/wit tegelvloertje. Daarop in het midden het altaar versierd met een hoorn van overvloed aan weerszijde van een vierkant met kruis. Op het altaar de tabernakel, op de uiteinden een kandelaar met drie kaarsen, naast de tabernakel twee figuren, waarvan een met wierookvat. Boven de tabernakel een kroon met kruis en twee kandelaars met kaars, gedragen door twee zwevende gekroonde engelen. Boven het kruis in een krans een persoon, wsch God de Vader. Op de pilaren een pot met bloemen. Links en rechts van het altaar een donkerbruine deur, daarboven op een driehoek een nis met links een vrouw, Maria, met een stok (lelie?) in de hand en rechts een man, Josef, met een stok (met lelie?) in de rechter- en een wandelstok in de linkerhand. Boven de nissen een pot met bloemen. Aan de buitenkant van de deuren vier brandende kaarsen, rechts van de linker deur nog een kandelaar met drie kaarsen, links van de rechterdeur een onduidelijke voorstelling, misschien de bel of ampullen. Links van het kruis G BAAN, rechts 1854. Om het geheel een slingerrand met bloemen.