Deze muts is een zogenaamde ‘driestrook’, met drie fijn geplooide stroken van tule langs de voorrand. Daarlangs is een rand van ‘slakkendoppen’ of ‘muizentandjes’ bevestigd. De muts werd op...
Deze muts is een zogenaamde ‘driestrook’, met drie fijn geplooide stroken van tule langs de voorrand. Daarlangs is een rand van ‘slakkendoppen’ of ‘muizentandjes’ bevestigd. De muts werd op Oost-Terschelling gedragen. Op West-Terschelling droeg men de kleinere tweestrook. De bol van de driestrook is gemaakt van handgeborduurde tule. Langs de voorrand zijn 3 fijn gepijpte tulen stroken dakpansgewijs over elkaar gelegd. Over de aanzetnaad is een rij slakkendoppen gelegd. De muts heeft aan de achterzijde een 6.5 cm. brede nekstrook van Engels kant, welke geplooid is. De muts wordt met keperbandjes onder de kin vastgemaakt.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie