Robe à l'anglaise, bestaande uit overjapon en rok, van roze/wit moirézijden damast met patroon van symmetrische bloemranken

Robe à l'anglaise met ingevouwen rug, bestaande uit overkleed en rok van roze/wit moirézijden damast met ingeweven bloemranken. De japon is vermaakt voor verkleeddoeleinden in de jaren 1930. De overjapon is voor een verkleedpartij sterk ingenomen bij de schouders, zodat het decolleté iets hoger kwam te liggen en de borst een minder hoekige vorm kreeg. Daarbij is er meer figuur in de taille gemaakt. De zijnaad is losgeweest en bij de compères/zijnaden zijn oprijgen gemaakt. De verticale plooi die vanaf de schouders tot de zoom loopt, is daardoor nu niet meer één rechte baan maar trekt schuin naar voren. De mouwen lijken losgehaald en opnieuw ingezet met de naaimachine. Mogelijk is de oorspronkelijke voering uit de overjapon verwijderd. Hoewel het lijkt alsof er restanten van een lichtblauwe voering in de japon aanwezig zijn, is dit in feite breed linnen verstevigingsband. Het ruggedeelte is nog in originele staat. De rok is op eigentijdse wijze geplooid en tegengezet met een modern linnen bandje, waarin drukknopen aanwezig zijn. Bovenaan zijn naaigaatjes van oud plooisel zichtbaar. Door de aanwezigheid van vouwen nabij de zoom middenachter oogt deze uitgelegd - dit lijkt echter niet het geval te zijn geweest. Vermoedelijk is deze plooi in de stof geperst, mogelijk bij het bewaren. Doordat de japon veelvuldig gestreken is, zijn vergelijkbare plooien op andere plaatsen vermoedelijk verdwenen. Aan de binnenzijde van de overjapon is een lusje van roze satijnlint op de schouders gezet waarmee het ondergoed bevestigd kon worden, wat samen met de nadruk die in het huidige model op de taille gelegd is wijst op vermaking in de jaren 1930. Avondjurken uit de jaren 1920/1930 bevatten soortgelijke lusjes.

Japon, bestaande uit een overjapon en rok, van roze/ witte zijden damast met bloemranken. Vierkant hals, middenvoor een knoopsluiting van de hals tot de taille.Tot de taille reikend lijf, zowel links als rechts doorlopend in de rok.Het lijf heeft aan de achterzijde een in een puntige taille uitlopend driehoekig pand van de stof. De rok is achter met pijpplooien aan het lijf gezet. Halflange mouwen strak en lang met plooitjes gepliseerde mouwstroken met rood galon afgezet. Voering van het lijf en de mouwen: blauw/wit gestreept linnen. Middenachter van de punt langwerpige kussentjes met papier gevuld, en met voeringstof overtrokken. De rok van dezelfde stof, gepijpt en vastgezet op wit katoenen tailleband. Rechts en links zijsplitten, gesloten aan de bovenrand met haak en oog. Rok is grondlang. Bij deze japon is een stofstaal.