Robe à l'anglaise, bestaande uit overkleed en rok, van zandkleurige zijde

Robe à l'anglaise van zandkleurige zijde, bestaande uit een overkleed en rok. De japon heeft een ronde halsopening aan de voorzijde, en een hoekige hals aan de achterzijde. Het lijf bestaat aan de voorzijde uit twee in een stompe punt uitlopende voorpanden, die rondom doorlopen tot aan de achterzijde. Het lijf sluit middenvoor met nestelgaatjes en een rijgkoord, verborgen onder een smalle overslag. Deze sluiting is verstevigd met twee verticale baleinen. De rug bestaat uit twee smalle rugpanden, die naar onderen smaller worden en doorlopen in het rokgedeelte, en twee bredere rugpanden. De rug is verstevigd met 6 verticale baleinen. De rug vertoont middenachter naaisporen. De lange nauwsluitende mouwen bestaan uit twee delen, en zijn met een beetje extra stof aan de schouderstukken gezet. De naden lopen an de voor- en achterzijde van de arm. De mouwen sluiten rond de pols met een overlap, welke met 3 kleine met stof overtrokken knoopjes sluiten. Het rokgedeelte van het overkleed is deels aangeknipt, en met vele regelmatige kleine plooitjes aangezet. De rok loopt uit in een kleine sleep. Er zijn geen zakopeningen. De rok is aan de voorzijde glad aan de brede zijden tailleband gezet, en aan de zij- en achterkant aan een band gezet met regelmatige plooitjes.De rok sluit aan beide zijden met een haak en een oog. Het lijf is gevoerd met glanzend wit linnen, evenals de mouwen. Het rokgedeelte van het overkleed heeft een voering van zilvergrijze en zwarte zijde en zandkleurige wol, met ingeweven ruiten. De rok is gevoerd met zandkleurig grein.

Robe, bestaande uit overjapon A, met rok B, van beige zijde. A: lijf: vóór ovale, achter vierkante hals; lange mouwen. Voering : lijf + mouwen wit linnen (lijf gebaleineerd); rok: bruin/wit geruite grove zijde. B: dito stof. Voering: grein in de kleur.