Alle hoeden zijn breed gerand. 1. grof gepunt stro met breed naturel zijden lint, strik om de rand; 2. fijn blond stro, iets grovere rand, rand opzij iets naar beneden gericht, gele zijde rondom...
Alle hoeden zijn breed gerand. 1. grof gepunt stro met breed naturel zijden lint, strik om de rand; 2. fijn blond stro, iets grovere rand, rand opzij iets naar beneden gericht, gele zijde rondom bol tot bloem gerimpeld; 3. zeer fijn stro, grovere rand, van achter zacht gegolfd, wit satijn zijden strik met stoffen namaak bloemen met geel strooien harten, groene bloembladeren op ijzerdraad; 4. met gegolfde rand van gedraaid stro, frambozenrood lint met strik;5. breed gestreepte aparte rand in blauw, paars naturel om bol ultramarijn blauw, steenrood diagonaal gestreept lint met strik; 6. hoed met golvende rand aan de voorzijde, breed gerand stro vormt fantasiepatroon in rand, om de bol een zeeblauw lint met strik middenachter.,type 5 gezien in la mode illustré jrg. 1894, p. 156 hier draagt de jongen een dergelijke hoed
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie