Zondoek, sendook, sindoek: na 1600 in zwang gekomen geruite hoofddoek, waarvan de naam duidt op bescherming tegen de zonneschijn. Alleen in Hindeloopen tot in de 19e eeuw in gebruik gebleven. De...
Zondoek, sendook, sindoek: na 1600 in zwang gekomen geruite hoofddoek, waarvan de naam duidt op bescherming tegen de zonneschijn. Alleen in Hindeloopen tot in de 19e eeuw in gebruik gebleven. De “sendook” is een onmiskenbaar onderdeel van “it wivehead” als wel van “it fanehead”. Deze geruite doek bij de gehuwde vrouw anders gevouwen dan bij de ongehuwde vrouw. Voor ’s zondags en ”pronk” was de doek stijver gesteven dan voor zomaar bij de daagse dracht. De zondoek kwam ook elders in Nederland voor, o.a. Marken tijdens de hooioogst. De zondook is gemaakt van bont, blauw – wit geruite katoen. Langs drie zijden 2 cm. van de rand af is een randje geborduurd met blauwe zijde. Met dezelfde zijde zijn de initialen en een hartje gewerkt. In stijf gesteven staat. Voor een vrouw in gehuwde staat en in lichte rouw.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie