Toen de themapagina 'The Fashion of Protection' op Modemuze verscheen, viel mij meteen het noemen van 'Grinsing' op als beschermend motief op Javaanse batik, een uitsparingtechniek op stof. Dit motief is algemeen bekend bij batikliefhebbers, toch wist ik er zelf weinig van en leek het mij daarom een goede gelegenheid om mij eens in dit motief te verdiepen.
Afb. 1: Foto van boeken met informatie over gringsing, van boven naar onder; 'batik klasik' door Dr. Hamzuri (1981), 'Batik, Fabled cloth of Java' door Inger McCabe Elliot (1984), 'Gedragen Doeken' door Liesje de Leeuw (2016), 'Ensiklopedia, the Heritage of Batik' door Primus Supriono (2016) en 'Batik, ontwerp, stijl en geschiedenis' door Fiona Kerlogue (2004)
Grinsing, of gringsing is een motief dat bestaat uit kleine halve cirkeltjes met een stip in het midden van elke cirkel. Grinsing is een achtergrondmotief, isen-isen, oftewel vulmotief. Dit houdt in dat het gebruikt wordt op de achtergrond bij een batik ontwerp. Achtergrondmotieven hebben altijd wel een naam en betekenis, maar zijn zelden het hoofdmotief. Gringsing is een van de weinige 'isen-isen' die vaak de hoofdbetekenis vormt van een doek: namelijk het beschermen van de drager tegen ziekte.
Bescherming krijg je door het simpelweg te dragen of tijdens rituelen: waarbij een doekoen – een traditionele medicijnman – of familielid het doek met het gringsing motief om de ziekte heen wikkelt. Zo zou het doek vooral koorts goed wegnemen. Het motief is ook vaak terug te zien in slendangs, een lange smalle batik die gebruikt wordt als draagdoek voor baby's.
Ik contacteer verschillende Indonesische batikkenners over deze betekenis en gebruik. Wat opvalt is dat meteen gezegd wordt dat dit gebruik niet meer plaatsvind. Vaak wordt lacherig gedaan over oude rituelen verbonden aan volksgeloven. Toch vind ik in het boek 'Gedragen doeken' van Liesje de Leeuw een verwijzing naar dit gebruik. In het hoofdstuk 'Oma's sarong vangt koorts' vertelt Evy van Cauter hoe haar Indonesische schoonmoeder bij ziektes éen van haar oude sarongs gebruikte. Zo wikkelde ze een koortsig kind strak in de sarong en legde het kind op bed. “De sarong ving de koorts”, vertelt Van Cauter.
Van mijn contacten kreeg ik wel te horen dat gringsing zeer oud is en dat de verschillende versies van verschillende regio's op Java komen, zo is er ook met vierkantjes of ruiten in plaats van rondjes.
Afb. 2: Foto door Sabine Bolk van Batik met gringsing drogend na verfbad met de was er nog op, bij batikkerij Winotosastro in Yogyakarta, Java (ID) in 2016.
Op elke plek op Java onderscheiden de makers en de dragers zich door motieven te gebruiken die verbonden zijn aan hun regio. Er zijn zelfs motieven die van oudsher enkel bestemd waren voor de royal family. Deze ‘verboden' motieven, Laragan, zijn goed herkenbaar door het repeterend design. Binnen de 'kraton', het vorstendom, kregen familieleden hun eigen versie van o.a. Parang of Kawung.
Deze motieven staan symbool voor balans, beheersing en daadkracht: eigenschappen die nodig zijn om macht op de juiste manier te beoefenen. Tegenwoordig worden Laragan motieven door iedereen gedragen en worden door bijna alle batikkerijen gemaakt. Deze motieven zijn extra populair door hun verbintenis aan machthebbers. Gringsing is ook heel populair en wordt ook overal op Java gemaakt, toch is het niet een van deze voormalige verboden motieven.
Ik keer me tot mijn boeken over batik. Het wordt vergeleken met kikkerdril, schubben, slangen- of drakenhuid, maar verdere omschrijvingen dat het ziektes zou afweren kom ik weinig tegen. Ook helpt het niet mee dat de dubbele ikat weeftechniek uit de streek Tenganan op Bali hetzelfde heet - soms met een iets andere spelling, namelijk Gerinsing. Deze ikat heeft tevens dezelfde betekenis.
De betekenis wordt vaak uitgelegd aan de hand van wat het letterlijk zou betekenen in Sanskrit: 'Gering' is ziek of ziekte en 'sing' is 'niet of nee'. Over deze uitleg lopen de meningen uiteen, zo ook over eventuele overeenkomsten tussen deze twee Indonesische textieluitingen. De motieven lijken simpelweg niet op elkaar.
Uiteindelijk kom ik terecht bij een van de oudste batikboeken, 'De Batik-kunst in Nederlandsch-Indië en haar geschiedenis' van G.P. Rouffaer en Dr. H.H. Juynboll uit 1914. Volgens Rouffaer is gringsing een van de oudste batikmotieven. Het komt voor in verschillende Javaanse bronnen en de oudste daarvan is de Pararaton, Pustaka Raja oftewel Boek van koningen uit de 13e eeuw.
Het manuscript bevat korte vertellingen over de koningen van het Singhasari en Majapahit rijk. Deze rijken waren uitgestrekt over Java, andere Indonesische eilanden en delen van het huidige Maleisië. In 1896 brengt taalkundige Dr. J.L.A. Brandes een publicatie uit met een studie van dit manuscript met vertalingen in het Nederlands.
Afb. 3: 'Batikpatroon: Gringsing wayang', van voor 1891, RV-847-114. Afgebeeld als plaat 58 in 'De Batik-kunst in Nederlandsch-Indië en haar geschiedenis' uit 1914.
Een andere belangrijke bron die genoemd wordt is Malat: een Balinees manuscript uit de nalatenschap van taalkundige H.N. van der Tuuk. Hierin wordt gringsing aan verschillende Wayang, schimmenspel, vertellingen gekoppeld. Plaat 58 in het boek gebruikt Rouffaer als voorbeeld hiervan. Het toont een vierkant doek, mogelijk een hoofddoek, dat afkomstig uit een serie met allerlei samples, kleine voorbeelddoeken, met motieven uit Yogyakarta.
Het toont verschillende wayang figuren met op de achtergrond gringsing. Rouffaer denkt dat dit een voorbeeld is van 'Gringsing Wajang'. Een 'Gringsing Wajang' motief komt echter ook voor bij de eerdergenoemde Geringsing, de dubbele geweven ikats van Bali. In het boek 'Five centuries of Indonesian textiles - the Mary Hunt Kahlenberg collection' staat een prachtig exemplaar.
Afb. 4: Foto van pagina 218 -219 uit het boek 'Five centuries of Indonesian textiles - the Mary Hunt Kahlenberg collection' .
De opvallendste ontdekking van Rouffaer is dat in de 16e eeuw gringsing onderdeel zou zijn van het ‘Javaanse oorlogskostuum’ – zoals hij het noemt. “Doch vroeger. Speciaal in de 16e eeuw. Ja, toen droegen de Javanen hun krijgshaftige haIf lange broek, hun lantjingan, van gebatikte stof. En alweer voornamelijk in dat gringsing-patroon”…”[1].
Dat deze strijdersbroeken stiekem toch ook van ikat waren is minder waarschijnlijk. Zodra een schaar gezet wordt in dit nauwkeurig geweven textiel ontrafelt het geheel. De oude geschriften zouden dus inderdaad verwijzen naar batik. Ook concludeert Rouffaer dat alleen een canting, de koperen waspen waarmee de hete was op de stof wordt getekend, het typerende motief gringsing kan maken. Kortom: het is een zeer oud motief, wellicht een van de oudste batikmotieven. Het gaf vermoedelijk strijders kracht en bescherming, en dat is precies wat we nodig hebben om te strijden tegen ziekte; een passend motief in deze moeilijke en spannende tijd.
Afb. 5: Foto van man in batik broek met gringsing motief, 'Portret van een lid van het huispersoneel', ca. 1890-1900, collectie NMVW, TM-60008404.
Geïnspireerd op dit motief, maakte ik gringsing-kleurplaten die te downloaden zijn via deze link.
[1] Rouffaer, G., De Batik-kunst in Nederlandsch-Indië en haar geschiedenis, p. 430.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie