Dat mode in verschillende vormen terugkomt is duidelijk. Maar hoe bewust zijn mensen eigenlijk van hun kledingkeuze en waar hun stijl vandaan komt?
Voor de Amsterdamse en Utrechtse Straatkrant, ‘Z!’ & ‘Straatnieuws’ ga ik op zoek naar de soms onbewuste en persoonlijke verhalen achter een kledingkeuze en ik match dit met een museaal collectieobject uit de Modemuze-database. Heritage vs. the streets!
We starten met een print dat in de streetwear heel populair is geweest, en nog altijd is: de camouflageprint.
Tijdens mijn zoektocht naar de persoonlijk verhalen achter streetwear kwam ik Doggy tegen: een straatdanser met een opvallende camouflagejas. “Ik heet Peter, maar je mag mij ook Doggy noemen! Tien jaar geleden was ik in Zaragoza toen ik deze Karl Kani-winterjas kocht in een snowboard winkel. Als Hiphop-danser was ik fan van camouflageprints en merken die geassocieerd werden met Hiphop, zoals Karl Kani. Na tien jaar draag ik de jas nog vaak, vooral op straat als ik ga optreden op de Dam. Deze camouflageprint is voor mij namelijk heel praktisch. De jas kan heel vies worden zonder dat het opvalt. Ik camoufleer goed op straat!”
“Het idee dat camouflage voor militairen is, bestaat hier niet meer. Tegenwoordig draagt iedereen op straat camouflageprint: het is mainstream geworden. Aan de ene kant is het niet goed want het onderscheid is er nauwelijks, maar aan de andere kant maakt het ook niet uit. Om eerlijk te zeggen ben ik de jas wel een beetje zat. Het was toen ik het kocht heel cool, maar ik word ook wat ouder en heb behoefte aan een nieuwe stijl. Ik wil nu een funky-stijl!”
In de natuur is camoufleren ‘key for survival’. In de militaire wereld wordt een camouflageprint gedragen om samen te vallen met de kleuren van de omgeving en dus minder zichtbaar te zijn. Hippies, en later punks droegen in de jaren 70 en 80 militaire kleding als protest tegen de staat, oorlogen en/of kernwapens. Tegenwoordig draagt men deze print op straat juist om op te vallen.
In Museum Rotterdam zien we een broek die door een vijftienjarige punker in 1981 gedragen werd. Volgens hem was de punkstijl meer dan modieus; het was een afwijzing van elke vorm van autoriteit en de burgerlijke maatschappij. We zien aan de broek dat een camouflageprint is gecreëerd door waarschijnlijk het gebruik van graffiti, verf en een camouflagenetstof. Naast deze print, paste hij de broek aan met gaten, verschillende stoffen en interessante teksten zoals: ‘Dit is het gat in de economie’ en ‘Ik ben Nederland sat [sic.]’. Dus, in hoeverre wilde de punker blenden met de achtergrond?
Driewekelijks verschijnt een nieuwe straatmode/Modemuze match in de straatkranten Z! (Amsterdam) & Straatnieuws (Utrecht). De doelstelling van deze kranten is dak- en thuislozen te helpen zichzelf te helpen. Door de verkoop van de krant kunnen dak- en thuislozen een bescheiden inkomen verwerven en (weer) een basis opbouwen van ritme, sociale contacten en zelfrespect. Het nummer met de nieuwe match kunt u nu al op straat kopen.
Andere straatmode verhalen op Modemuze:
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie