Afbeelding van een gezicht met versierde opengewerkte hoofdtooi - in de vorm van netvormig verwerkte kralen - en met voorhoofdsband en tatoeagetekens. De oogpupillen zijn van ijzer. De brede...
Afbeelding van een gezicht met versierde opengewerkte hoofdtooi - in de vorm van netvormig verwerkte kralen - en met voorhoofdsband en tatoeagetekens. De oogpupillen zijn van ijzer. De brede neusrug loopt vloeiend over in het voorhoofd en is versierd met ingegrifte elkaar kruisende lijntjes. Wangen en kin worden omgeven door een geplooide kraag, eindigend in een doorlopende rij ringetjes. Alle chiefs hadden het recht bronzen gordelmaskers te dragen. Ivoren gordelmaskers droeg alleen de Oba. Heupsieraden, ook wel gordelmaskers genoemd, werden alleen op de linkerheup gedragen en bedekten de sluiting van de Bini omslagdoeken. Op de reliëfplaten worden zij veelvuldig afgebeeld. Ze worden bij voorkeur in een hoek of horizontaal gedragen en worden op hun plaats gehouden via grote lussen aan de boven- en onderkant, aan de rugzijde, van het sieraad. Het menselijk gezicht vormt een gebruikelijk thema binnen de categorie heupsieraden. Ze hebben allen een decoratieve krans rondom het gezicht, meestal bewerkt met kronkelende/opgerolde moddervissen, een opengewerkt rasterpatroon of een van gleuven voorziene kraag met een rij kleine lussen eronder of direct erachter. Direct onder de kin loopt een koralen snoer. Bovenop het hoofd staat een rasterwerk welke een koraalkralen muts voorstelt waaraan tevens aan het uiteinde clusters koralen kralen zijn bevestigd. Een hoofdband van koraal loopt over het voorhoofd en gevlochten, met kralen versierde haarstrengen hangen in het gezicht en achter de oren. De ogen zijn groot, met zware, vaakoverdreven aangezette, oogleden. De gezichten vertonen drie verheven littekens boven elk oog, en de ogen zelf zijn vaak ingelegd met ijzeren pupillen. Sommige maskers zijn van voorhoofd tot en met de neus ingelegd met een reep kopermetaal. Hoogst waarschijnlijk vormt deze een aanduiding/markering van de plaats waar een mix van beschermende kruiden en kalk (urebo) werd aangebracht om mogelijk gevaar tijdens de festivals af te weren. De kralen op de maskers vormen een indicatie van de positie van de chiefs en notabelen die ze droegen, zo toonden en versterkten zij hun status ten opzichte van de inwoners van Benin. Gemeten aan de heupornamenten zelf en hun afbeelding op reliëfplaten kunnen we costateren dat hetzelfde type sieraad over een periode van zo'n 300 jaar werd gemaakt. Alhoewel er stijlverschillen optreden is er nog onvoldoende onderzoek gedaan om de maskers in stijlperiodes op te delen.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie