Rok van wit katoen in fijne keperbinding, getamboureerd in strooimotief van bloemtakjes en horizontale randen met bloemslingers in rood, geel, blauw, roze en groen

Rok van dun wit katoen in keperbinding. Getamboureerd met zijde in rood, roze, blauw, geel, groen; herkomst vermoedelijk India. Het borduurwerk bestaat uit een strooimotief van bloemetjes en bloemtakjes, daaronder een smalle horizontale rand met een bloemslinger, daaronder een brede horizontale rand met krullen en bloemslingers en daaronder op de zoom een smalle rand van een bloemslinger tussen geschulpte randjes. De rok heeft achter twee banen van 92 cm breed met naad middenachter en voor één baan, waaraan links een smalle baan van 24 cm is gezet. De banen zijn met de zelfkanten aan elkaar genaaid en het borduurwerk loopt door over de naden. Aan de buitenkant is alleen de linker zijnaad zichtbaar, omdat het borduurwerk daar niet doorloopt. De smalle voorbaan is van een bredere afgeknipt. Het getamboureerde katoen is vanaf de zoom vastgenaaid op een linnen voering en vervolgens zijn katoen en linnen samen in de taille omgevouwen en harmonica geplooid in een linnen tailleband genaaid. De harmonicaplooitjes vormen een 2 cm hoge rand onder de tailleband; deze rand loopt iets smaller toe naar middenvoor, waar een gedeelte van 10 cm ongerimpeld is en glad in de tailleband gezet. Sluiting in rechter zijnaad met originele haak en oog. Bijzonder: Aan de binnenkant van de rok is in de taille aan de voorzijde het begin van het katoenen weefsel te zien. De kettingdraden steken iets uit en ter markering van het begin is een aantal rode draden ingeweven.

Onderrok. Rok van witte wol geweven in een fijne keperbinding. Geheel geborduurd met bloemmotieven in kettingsteek van zijde, in de kleuren rood, geel, blauw en groen. Rok is geplooid aan de linnen tailleband gezet. Buikgedeelte is glad. Rok is geheel gevoerd met grof linnen. Aan rechter zijkant split, sluitend met haak en oogje.