Virtuele mode is een enorme kans voor kwetsbare modecollecties. Nu is er de mogelijkheid om ambacht, kennis en collectie nieuw leven in te blazen.
Onlangs opende de tentoonstelling Van Pasvorm tot Polygon, geïnitieerd door het Utrechtse modecollectief Studio PMS, bestaande uit Puck Martens, Merle Kroezen en Suzanne Mulder. Het collectief zoekt de grenzen van fysieke en digitale werelden op. In de tentoonstelling nemen ze de modecollectie van het Centraal Museum als uitgangspunt, om een nieuwe blik te werpen op bestaand mode-erfgoed. Het is een indrukwekkende presentatie waarin historische kostuums tot leven komen in betoverende animaties, augmented reality en andere digitale technieken.
In dit blog geeft conservator Ninke Bloemberg concrete voorbeelden van de samenkomst van de fysieke en digitale ontwerpwereld en hoe deze werelden echt een meerwaarde voor elkaar zijn.
De mode- en kostuumcollectie van het Centraal Museum omvat ruim 10.000 kledingstukken en accessoires: een onuitputtelijke bron van inspiratie voor tentoonstellingen, onderzoek en kennisuitwisseling. Van 17de-eeuwse trippen (schoenen) tot een 3D-geprinte jurk van Iris van Herpen en van 18de-eeuwse japonnen tot een driedelig mannenpak van de onlangs overleden top designer Virgil Abloh.
Een deel is te zien in (internationale) tentoonstellingen, maar de overgrote meerderheid van de collectie ligt opgeborgen in het depot. Waar een museum schilderijen permanent kan tonen, mag textiel vanwege de kwetsbaarheid niet te lang aan de omstandigheden van een museumzaal blootgesteld worden. Digitalisering biedt daarom een enorme kans voor mode-erfgoed.
Neem bijvoorbeeld deze tweedelige japon uit 1892, in 1937 aan het museum geschonken. Sommige ontwerpen stralen als vanzelf allure uit, dat geldt zeker ook voor deze creatie. De subtiele decoratie van bloemranken en strikken in gouddraad, lovertjes en pareltjes op warmgeel zijden satijn, is van het Belgische modehuis Madame van der Taelen, die ateliers in Brussel en Oostende dreef.
Elise van Ittersum (1851-1936), hofdame van Koningin Emma, droeg deze japon in 1892 bij een receptie op Paleis Soestdijk. Als telg uit een oud, Overijssels baronnengeslacht wist Van Ittersum precies ‘hoe het heurde’ en ze zal ongetwijfeld een geslaagde entree hebben gemaakt in dit elegante ontwerp.
Bij onderzoek voor de tentoonstelling Uit de Mode (2017) bleek dat de tand des tijds de stof van de japon zo heeft aangetast, dat deze niet meer gerestaureerd kan worden, laat staan nog op een pop of torso kan worden geplaatst.
Wat was er aan de hand? Eind 19de eeuw was het gebruikelijk om zijde te verzwaren: er zijn metalen aan het productieproces toegevoegd om de stof steviger en dikker te maken. Dat gaf niet alleen een rijkere uitstraling, maar er kon ook meer geld voor de stof gevraagd worden en dat was dus economisch interessant. Nu, ruim honderd jaar later, zijn de gevolgen groot: de japon is inmiddels zeer kwetsbaar en de gleeën (scheurtjes) in de stof zullen alleen maar toenemen. Helaas is dit een onomkeerbaar proces, waardoor restaureren onmogelijk is.
De combinatie van de onmiskenbare kwaliteit, met het feit dat bekend is wie de japon heeft gemaakt én gedragen, maakt een ‘hergeboorte’ in de digitale wereld extra interessant.
In 1988 organiseerde het museum een modeshow. Modellen droegen kledingstukken uit de museale collectie. Hoe prachtig ook, zo’n show is inmiddels ondenkbaar. Het risico voor de kwetsbare stukken is te groot.
De modeshow van nu is digitaal. Studio PMS heeft weer leven en beweging gebracht in dit ‘statische’ kledingstuk. In Van Pasvorm tot Polygon is te zien hoe de japon mee ‘loopt’ in een digitale catwalkshow, vergezeld door onder meer een outfit van Bas Kosters en een turquoise avondjapon.
Multidisciplinair kunstenaar David Willems geeft een heel eigen visie op de japon van Madame van der Taelen, iets verderop in de tentoonstelling. Hij creëert beweging in de stof en laat de borduursels en texturen uitgroeien tot levensechte planten en bewegende wezens. Zijn werk balanceert op een dunne grens tussen realisme en abstractie.
Wie denkt dat het transformeren naar de digitale wereld met één druk op de knop geregeld is, zal verrast worden. De tentoonstelling geeft een kijkje achter de schermen van digitaal ontwerpen, een wereld van ‘particle distance’ en render-uren. Waar een traditionele modeontwerper uren besteedt aan patronen tekenen, mouleren (stof draperen op het lichaam), blinde ritsen stikken of borduursels naaien, komen er bij digitaal ontwerpen ook vele uren denk- en computerwerk aan te pas: de valling van stoffen moet aangepast worden aan de avatar (de virtuele drager), materialen verdikt en voorzien van de juiste dessins, glans, borduursels en fournituren.
Een van de methoden om 3D-modellen te bouwen is polygon modelling, waarbij de ontwerper de computer een ruimtelijk ‘net’ laat tekenen dat bestaat uit talloze polygonen - een veelhoekig meetkundig figuur. Elke aanpassing van het model vraagt om een tijdrovende herberekening. Een ontwerp met veel details drie seconden laten bewegen, kost de computer maar liefst 48 uur rekenwerk, het zogenaamde 'renderen'.
Studio PMS werkte voor deze tentoonstelling samen met een nieuwe generatie ontwerpers. Samen gaan ze nog een stap verder dan de digitale catwalk: zo reconstrueren zij een kledingstuk uit de modecollectie en bewerken het door animaties, digitalisering, virtual reality en 3D modeling.
Deze technologische ontwikkelingen zetten het begrip ‘echt’ in een nieuw daglicht, als een parallelle wereld. Er is een nieuwe generatie makers opgestaan, die het authenticiteitsvraagstuk op geheel eigen wijze belicht. Hieronder enkele toepassingen uit de tentoonstelling.
Speciaal voor Van Pasvorm tot Polygon creëerde Stephan Duquesnoy de allereerste NFT in een Nederlandse museumcollectie. NFT’s, oftewel digitale eigendomsbewijzen, hebben het afgelopen jaar de opmars van digitale mode flink bevorderd. Een turquoise japon met goudkant, rond 1905 ontworpen door Madame van der Taelen, is gedragen door jonkvrouw Henriette van der Poll, hofdame van koningin Emma. Studio PMS digitaliseerde de japon, waarna Stephan Duquesnoy er een digitaal kunstwerk van maakte.
Uniek is de niet alleen de samenwerking tussen het museum, Studio PMS en Duquesnoy, maar ook het feit dat hij met de NFT een koppeling legt met de KNMI weerberichten uit 1905. Door een permanente live update verandert het beeld telkens onder invloed van lichtinval, weersomstandigheden en tijdstip van de dag in dat jaar.
Modeontwerper Tess van Zalinge uit Utrecht plaatst in haar collecties ambacht en traditie in een hedendaagse context. Invloeden uit Nederlands erfgoed in combinatie met hergebruik van materialen vormen haar kraakheldere signatuur. Van Zalinge’s nieuwe collectie Natuurlijk draait om de paradox van de ‘vrije’ natuur, die steeds meer beschermd en gecultiveerd wordt. Ze vroeg Studio PMS om de achtste look voor haar nieuwste coutureshow naar eigen inzicht te ontwerpen op de computer, geïnspireerd op de zeven andere creaties van Natuurlijk.
Ondanks de geheel eigen werkwijze vinden de studio’s elkaar in de liefde voor ambacht en innovatie en de urgentie voor duurzaamheid.
Studio PMS creëerde een nauwkeurig uitgewerkt digitaal ontwerp, rijk aan details, textuur en kleur. Dit transformeerde Van Zalinge weer in een fysiek kledingstuk met uiteenlopende textielbewerkingen, hergebruik van materialen en uren en uren aan handwerk. Eigenlijk is er nu een 8a en een 8b coutureontwerp, een virtuele en een reële. Zo smelten 21ste-eeuwse ambachten samen.
Het is weer mogelijk de museale modecollectie te dragen! Niet fysiek natuurlijk, dat doen we sinds 1988 niet meer, maar wél virtueel. In Van Pasvorm tot Polygon kan de bezoeker uniek Nederlands design en 19de-eeuwse herenschoenen zélf aantrekken in een virtuele paskamer. Speciaal voor de tentoonstelling experimenteerde het Amsterdamse FloatScans met schoenen uit diverse tijdsperiodes. Stap in de schoenen en doe een stap in de toekomst van ons mode-erfgoed.
Voor Van Pasvorm tot Polygon reconstrueerden Studio PMS en andere makers enkele kwetsbare, ontwerpen van het museum nauwkeurig en respectvol tot hoogwaardige digitale (catwalk)modellen en creëerden zelfs nieuwe kunstwerken. De tentoonstelling is een ultieme brug tussen het heden en verleden en het startschot voor het verder digitaliseren van het mode-archief in Nederlandse musea. De doorontwikkeling is te volgen op het online platform Modemuze, waar verschillende musea met mode-collecties samenwerken.
Zo is de modecollectie van het Centraal Museum een bron van inspiratie voor een nieuwe generaties ontwerpers en projecten.
Met speciale dank aan Studio PMS.
De ontwerpen die door Studio PMS zijn getransformeerd naar de digitale catwalk zijn stuk voor stuk bijzondere creaties. Lees meer over de stijl, geschiedenis en de ontwerpers in de mediaguide van het Centraal Museum. Dat kan in de tentoonstelling maar ook thuis, via de smartphone door deze code te scannen en de link naar de mediaguide te openen.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie