In gesprek met: Schueller de Waal
We ontmoeten Philipp Schueller en Rens de Waal, de ontwerpers achter het modelabel Schueller de Waal, in het depot van het Centraal Museum in Utrecht. Voorafgaand aan het interview heeft Modemuze hen gevraagd om een aantal favoriete stukken uit de online collectie te selecteren. Voor het (in detail) bekijken van één van deze stukken zijn de twee ontwerpers in het depot uitgenodigd. Philipp en Rens zijn na Liselore Frowijn de volgende Nederlandse modeontwerpers die voor deze nieuwe ‘In gesprek met…’ serie een kijkje in de offline collectie nemen.
Eclectische collecties met humor
Rens de Waal en, de van oorsprong Duitse, Philipp Schueller leren elkaar kennen bij het modehuis Hugo Boss waar ze op dat moment allebei werken op de designafdeling. In 2014 nemen ze na jarenlange ervaring bij verschillende modemerken (o.a. Bruno Pieters en H&M) de stap om samen een eigen modelabel op te richten: Schueller de Waal. Doordat ze vele jaren voor commerciële huizen werkzaam zijn geweest hebben ze een enorme kennis over materialen en constructie. Eindelijk hun eigen collecties maken geeft ze de kans om hun creatieve visie op mode te realiseren. De collecties komen voort uit een mix van verschillende inspiratiebronnen die zich uiten in een eclectische mix van vorm, print en materiaal.
Humor is een belangrijk onderdeel van hun werk en is zowel terug te zien in de kledingstukken als de manieren waarop ze hun werk aan de wereld laten zien. Het motto van het duo is ‘Serious Fashion, not so serious’, een gegeven dat zeker terug te zien was tijdens hun meest recente show, de spring/summer 2018 collectie genaamd: ‘Compulsary Shenanigans’. Het was de grootste show die ze ooit gehouden hadden met als decor het World Fashion Center in Amsterdam. Een verwijzing naar de over-de-top shows van bijvoorbeeld Chanel waar elk seizoen kosten noch moeite worden gespaard om een luxueuze, maar zeer tijdelijke, wereld te creëren. De collectie zelf was een knipoog naar de modeindustrie en tackelde verschillende clichés. Naast de bombarie van de show kwam het sterke en herkenbare handschrift van de ontwerpers naar voren in de contrastrijke looks met oog voor materiaal en constructie.
Herenkostuum 'habit à la Française'
Rens en Philipp hebben voor het bezoek aan het depot van het Centraal Museum een herenkostuum, of ‘habit a la francaise’, uit 1760-1770 gekozen. Het herenkostuum is het oudste complete kostuum uit de collectie van het museum en bestaat uit een jas, vest met lange mouwen en een kniebroek. Het is gemaakt van lichtrode, gebrocheerde, zijde met ingeweven crème ruitfiguren en kleine bouqetjes in crème, lichtrood, bruin en groen.
Philipp en Rens kozen het stuk vanwege de vorm en proporties van het kostuum die hen opviel op de afbeeldingen die op modemuze.nl te vinden zijn. Als ze het stuk van dichtbij zien valt de bijzondere stof, de afwerking, de grote hoeveelheid knopen en de grote omslagen van de mouwen op. Het werk van Schueller de Waal is altijd heel zorgvuldig gemaakt, het is dan ook niet gek dat de ontwerpers ook echt gefocust zijn op de constructie. Ze stellen conservator Ninke Bloemberg hele gerichte vragen over bijvoorbeeld de kenmerkende ronde vorm van de mouwen en hoe dit bijdraagt aan de houding van de drager en het silhouet. Het is de kans om eeuwenoude technieken af te kijken en wellicht toe te passen in hun nieuwe collecties.
Het depot als bron van inspiratie
Conservator van het Centraal Museum, Ninke Bloemberg, neemt uitgebreid te tijd om met de ontwerpers door de rijke mode- en kostuumcollectie te gaan. Binnen het depot is een groot deel van de ruim 10.000 stukken chronologisch geordend. Het geeft een interessant beeld van het veranderende silhouet. Zo beginnen we met de oudste stukken in de collectie, Rens: “Ik vind die oude dingen het interessantst.”, en eindigen we in het depot met het werk van hedendaagse ontwerpers.
Voor Rens en Philipp is deze tour een grote inspiratietrip. Voorzichtig vragen ze of ze stukken van dichterbij mogen bekijken en komen er een hoop “oh’s en ah’s” voorbij. Op de vraag of ze eerder historische referenties hebben gebruikt in hun werk antwoorden ze dat ze dit eigenlijk niet bewust doen. Geen moodboards vol met foto’s uit eerdere tijden die één op één worden doorgevoerd maar een mengelmoes van allerlei verschillende inspiratiebronnen. Het is dan ook niet gek dat het juist de details zijn die ze fotograferen, van de rijk gedecoreerde Robe à la Française (1760-1765) tot de constructie van een schapenboutmouw uit de 19e eeuw of de print van een jurkje uit de jaren ’60 van de vorige eeuw.
Het valt de ontwerpers op hoe modern sommige stukken eigenlijk nog steeds zijn. Wellicht gaan we bij de komende collecties dus een mouwinzet, printje of silhouet terugzien die Philipp en Rens ter inspiratie hebben gefotografeerd. Mode bestaat immers niet zonder haar verleden.
Voor meer informatie over Schueller de Waal zie de website.
Deel
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie