Deze illustratie in het Soerabaijasch Nieuwsblad uit 1931 laat een kokette jonge gastvrouw zien in pyjama! Haar gast is duidelijk te herkennen aan de hoed en de handschoenen die bij een bezoek op en aan werden gehouden. De pyjama, die volgens het onderschrift "quite up-to-date" is, doet wel heel anders aan dan het slaaptenue dat wij tegenwoordig associëren met een pyjama.
De geschiedenis van de pyjama (letterlijk beenbekleding) begint in India waar het een dracht voor mannen was. Dit werd in de 19e eeuw als slaappak overgenomen door de Britse kolonisator. In de jaren 1910 begonnen ook vrouwen met het dragen van pyjama’s. Eerst alleen in bed maar zo rond 1920 ook steeds vaker als huiskleding (negligé). Het ontwerp van de pyjama’s werd ook steeds meer afgestemd op het heersende modebeeld. In de kranten wordt veel geschreven over de pyjama. Meestal wordt aandacht besteed aan de opvallende transformatie die dit kledingstuk heeft doorgemaakt.
"Van slaaptenue werd de pyjama gepromoveerd tot deshabillé, tot ochtendjapon, ja, zelfs in haar aller weelderigste uitvoering tot ontvangtoilet, zij het dan ook uitsluitend in zeer intieme kring." (Algemeen Handelsblad, 3 mei 1930)
Het Handelsblad brengt de pyjama in hetzelfde artikel zelfs in verband met vrouwenemancipatie; de pyjamabroek was namelijk één van de eerste broeken voor vrouwen die geaccepteerd werd. Twee voorbeelden van pyjama’s uit de collectie van het Rijksmuseum Amsterdam zijn gedragen als ontvangtoilet (kleren die men draagt wanneer men thuis gasten ontvangt) door mevrouw Brusse-Urtebise. Ze zijn gekocht bij Maison Borgeaud in Brussel, waar de schenkster tot aan haar huwelijk in 1932 als vendeuse had gewerkt.
Een pyjama van zwart fluweel heeft een lijf dat van voren een kort schootje heeft. De achterkant is echter grondlang. Dit verschil in lengte lijkt in te spelen op de mode van de late jaren 1920, toen een verschil in roklengte tussen voor en achter veel voorkwam (als voorbode van de lange rok die rond 1930 weer terugkwam). Het model is volgens de draagster gemaakt naar ontwerp van Gabriëlle (Coco) Chanel. In één van de broekspijpen is een handgeschreven etiketje genaaid waarop de naam van het ontwerp te lezen is: ’Pyjama Abdulah, Chanel’.
Een tweede exemplaar zou gemaakt zijn naar ontwerp van Madeleine Vionnet. De pijpen van de pantalon zijn zo wijd - een enkele pijp heeft een omtrek van ca. 3 meter (!)- dat het geheel op een avondjapon lijkt. Dit soort pyjama’s wordt in de Belgische Franstalige krant Le Soir van 30 november 1930 als volgt beschreven (vrij vertaald):
"De pyjama wordt steeds populairder onder de dames. In Parijs is het gebruikelijk om van vijf tot zeven of van zes tot acht te ontvangen in een pyjama van mousseline of lamé, dit is heel elegant, nauwelijks mannelijk, met een wijde broek die veel op een rok lijkt…maar, uiteindelijk nog steeds een broek is. Dit is zeer gracieus."
Deze positieve beoordeling wordt niet gedeeld door een Nederlandse recensente in het Algemeen Handelsblad van 10 september 1932, die weliswaar de snit van een dergelijke broek bewonderde maar de zin van deze ‘mode-afwijking’ niet inzag. Het is dus de vraag hoe algemeen de pyjama werd geaccepteerd in Nederland. Wanneer de pyjama in de jaren 1930 als ontvangtoilet voor intimi werd gedragen werd dit waarschijnlijk toch gezien als behoorlijk gewaagd. Dat mevrouw Brusse niet terugdeinsde voor een gewaagde kledingkeus blijkt uit de volgende anekdote: Toen het tijdens de Tweede Wereldoorlog onmogelijk werd in het buitenland vakantie te houden maakte het echtpaar Brusse fietstochten door Nederland. Mevrouw Brusse droeg tijdens het fietsen shorts waarmee ze nogal wat opzien baarde. Naar eigen zeggen vielen de mensen bijna flauw. Daar trok ze zich echter niet veel van aan.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie