Katoenen wikkelrok met sitsachtig voorkomen en bloemen en vogels, met de uiteinden in verschillende kleuren

Kain panjang kepala tumpal, met halve kepala met traditionele tumpal en papan, in verschillende kleur: rood en blauw. De badan ('lichaam') is versierd met pohon, bloemen, bladeren en vogels. De doek heeft een sitsachtig voorkomen (chintz). De kain panjang was oorspronkelijk de officiële dracht aan de vorstenhoven van Midden-Java en van de aristocratie elders. Mannen dragen deze doeken anders dan vrouwen en de wikkelwijze hangt af van de sociale status van de drager. Kain panjangs met halve kepala werden vroeger gedragen door vrije vrouwen, terwijl slaven een sarung droegen met een complete kepala in het midden van de badan (van Hout, 2001). In Lasem was een groot deel van de batik voor de export naar Sumatra bestemd. De batikproduktie was er grotendeels in handen van Peranakan ondernemers (van Hout, 2001). Deze doek was bestemd voor de lokal markt en de export naar Sumatra en is vervaardigd in een Indo-Chinese werkplaats.