Ondermode-expert Dirk-Jan List was een dagje in het Collectiecentrum van het Amsterdam Museum om mee te werken aan de beschrijving van de crinolines. Tijdens het terugleggen van enkele objecten, trokken we per ongeluk de verkeerde la open. En wat kwam daar tevoorschijn? Twee prachtige achttiende-eeuwse paniers waarvan we het bestaan niet afwisten. Bij nadere bestudering bleken ze verkeerd te zijn gecatalogiseerd, onder de verouderde achttiende-eeuwse benaming pannier (met twee N-en in plaats van één).
De twee paniers, KA 1125 en KA 1126, lijken erg op elkaar. Beide paniers zijn gemaakt van crèmekleurig linnen, gewatteerd in een ruitmotief en opgevuld met paardenhaar. De panier ofwel halflange onderrok is in de taille in te halen door middel van twee strikbanden (bij KA 1125 ontbreken deze strikbanden). De taillelijn is middenvoor en middenachter iets verlaagd. De zaksplitten zijn aan weerszijden extra opgevuld met paardenhaar. Één panier (KA 1126) is aan de binnenzijde onder de zaksplitten verstevigd met twee horizontale baleinen van riet(?), met aan de uiteinden striklinten om op te spannen. Tevens bevindt zich halverwege middenvoor een identieke horizontale balein van riet(?). Zeer waarschijnlijk werden de paniers middenachter gesloten. Aan weerszijden van de sluiting bevinden zich twee gladde vierkante banen opgevuld met paardenhaar. Bij één panier (KA 1126) bevinden zich rechtsvoor aan de binnenzijde twee kruistekens geborduurd in rood garen (wasmerk?).
De onderrok en jurk die over de panier werden gedragen hadden op dezelfde hoogte ook zaksplitten, waardoor de draagster tot haar dijzakken kon reiken. Dijzakken werden los onder de rok gebonden, met behulp van striklinten om het middel. Hierin werden persoonlijke eigendommen bewaard.
Waar en wanneer de panier voor het eerst werd gedragen is onduidelijk. In Engeland verscheen hij rond 1714 en stond bekend als de hoop petticoat. In Frankrijk zou hij rond 1715 zijn afgeleid van theater-kostuums. De kuitlange gesteven onderrokken werden gedragen door actrices om hun kostuum goed uit te laten komen en om hun taille kleiner te doen lijken. De paniers zijn zeer waarschijnlijk afgeleid van gesteven onderrokken genaamd criardes (vrije vertaling uit het Frans : luidruchtig, krijsen) , zo genoemd vanwege het geluid wat ze maakten tijdens het lopen. De term panier komt uit het Frans en betekent letterlijk (brood)mand of korf. Een vergelijkbare term in het Nederlands is een paander: een ronde of ovale boodschappenmand, die aan de arm of op het hoofd gedragen kon worden. De hoepelrok had dezelfde vorm als de achttiende-eeuwse mand en dankt daar dus ook zijn naam aan. In Engeland werden paniers ook wel panniers, side hoops of false hips genoemd.
De hoepelrokken hadden rond 1718-1719 een koepelvormig model en bestonden uit drie of meer hoepels van hout, staal of riet. In 1725 werd de rok aan de bovenzijde iets ronder en voorzien van vijf hoepels. Pas vanaf 1725-1730 kreeg de panier zijn ovale vorm. De voor- en achterzijde werden platter gemaakt door een constructie van koorden aan de binnenkant. Rond 1746 waren de hoepelrokken uitgegroeid tot zeer brede constructies tot kuithoogte. Daarnaast kwamen er ook korte paniers in de mode die uit twee losse heupstukken bestonden. Deze dubbele paniers werden met behulp van striklinten om het middel gebonden. De draagster kon de paniers opklappen, waardoor het gemakkelijker werd om bijvoorbeeld door een deuropening te lopen. Riet werd steeds vaker vervangen door walvisbalein of staal.
Volgens auteur François Boucher waren er in de achttiende eeuw allerlei soorten paniers: de trechtervormige paniers à guéridon, koepelvormige paniers à coupole, paniers à bourrelets, paniers à gondoles, Molinist paniers en elbow paniers. Op deze laatste kon de draagster haar ellenbogen rusten. Er waren ook Jansenist paniers, die ook wel considérations werden genoemd. Dit waren korte gequilte onderrokken verstevigd met paardenhaar. Afgaande op zijn beschrijving zouden de paniers in de collectie van het Amsterdam Museum dus Jansenist paniers ofwel considérations zijn.
De grote paniers waren in de tweede helft van de achttiende eeuw al niet meer modieus. Diderot’s encyclopedie uit 1765 windt er geen doekjes om: Cette mode grotesque qui donne à la figure d'une femme l'air de deux éventails opposés, a duré longtemps, et n'est pas encore passée : elle tombe ( vrije vertaling: “Deze groteske mode, die het figuur van de vrouw doet lijken op twee tegengestelde waaiers, heeft lang geduurd, en is nog niet voorbij, maar valt.” Zie voor het volledige Franse citaat onderaan de blog). Franse vrouwen droegen de grote paniers eigenlijk alleen nog maar voor de robe de cour (hofjapon). In het modetijdschrift Cabinet des Modes van 1 september 1786 wordt op pagina 158 bij Planche III “comment nos Dames s’habillement à la Cour” de hofkleding besproken. Men beschrijft hoe een dame vroeger een korset, onderrok en manteau moest dragen over des paniers immenses.
Aan het einde van de achttiende eeuw kwam de nadruk te liggen op de achterzijde van het lichaam. In Frankrijk werden de paniers vervangen door een speciaal kussentje op het zitvlak, ook wel ‘cul de Paris’ genoemd. In Engeland werden de paniers echter nog lang doorgedragen. Nog tot en met 1820 bleven paniers onderdeel uitmaken van de verplichte hofkleding, aldus opgedragen door Queen Charlotte. De hofdracht zorgde in combinatie met de modieuze hoge Regency taille voor bizarre silhouetten.
Judith van Amelsvoort
“PANIER, (Mode) espèce de jupon fait de toile, cousue sur des cerceaux de baleine, placés au-dessus les uns des autres, de manière que celui d'en-bas est le plus étendu, et que les autres vont en diminuant à mesure qu'ils s'approchent du milieu du corps. Ce vêtement a scandalisé dans les commencements : les ministres de l'Eglise l'ont regardé comme un encouragement à la débauche, par la facilité qu'on avait au moyen de cet ajustement, d'en dérober les suites. Ils ont beaucoup prêché ; on les a laissé dire, on a porté des paniers, et à la fin ils ont laissé faire. Cette mode grotesque qui donne à la figure d'une femme l'air de deux éventails opposés, a duré longtemps, et n'est pas encore passée : elle tombe. On va aujourd'hui en ville et au spectacle sans panier, et on n'en porte plus sur la scène, on revient à la simplicité et à l'élégance ; on laisse un vêtement incommode à porter, et dispendieux par la quantité énorme d'étoffe qu'il emploie.”
Tot en met 21 maart 2017 is de ondergoed-tentoonstelling Undressed; a brief history of underwear te zien in het Victoria and Albert Museum in Londen. In de expositie zijn meer dan 200 objecten te bewonderen van ondergoed voor mannen en vrouwen uit de achttiende tot eenentwintigste eeuw. Zie voor meer informatie: http://www.vam.ac.uk/exhibitions/undressed-a-brief-history-of-underwear.
François Boucher, A history of Costume in the West, 1966, p. 296 en p. 450
Elizabeth Ewing, Fashion in Underwear, Londen 1971 , p. 37-39.
Elizabeth Ewing, Dress and Undress, A history of women’s underwear, Londen 1978,p. 43-46.
J.N. de Vries, Fred van der Laken, Dirk-Jan List, Lijn in balein, tentoonstellingscatalogus Historisch Kostuum Museum, Utrecht, 1987, p. 8-9, 32-33.
http://www.metmuseum.org/toah/works-of-art/1973.65.2/
http://demodecouture.com/lets-start-at-the-very-beginning-paniers/
http://xn--encyclopdie-ibb.eu/index.php/morale/849702953-commerce/658339915-PANIER
https://www.youtube.com/watch?v=x2G8HG944B0
http://gallica.bnf.fr/ark:/12148/bpt6k5608591g/f314.item.r=panier
https://janeaustensworld.wordpress.com/2015/10/24/awkward-the-regency-court-gown-regency-fashion/
Dit artikel is ook gepubliceerd op hart.amsterdammuseum.nl.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie